De emotionele “erfenis” die we meenemen in het huwelijk.
Erfenissen die in het begin deskundig weggehouden kunnen worden en pas later aan de oppervlakte verschijnen. Erfenissen die in je jeugd zijn ontstaan en in je verdere leven zijn door ontwikkeld.
Je erfenis zou kunnen zijn:
“ … in mijn jeugd stonden mijn ouders voor mij klaar; gevoelens werden gedeeld; ik heb mij altijd welkom gevoeld thuis; we deden veel aan sport en cultuur en gingen vaak samen leuke dingen doen; ik heb thuis de ruimte ervaren om me te kunnen ontwikkelen tot een positieve, zelfstandige en open persoonlijkheid.”
-Niet iedereen heeft een dergelijke mooie start gehad in het leven.
-Let wel: er is geen goed of fout… (Laten we niet onnodig met vingertjes wijzen.) Echter feit blijft dat je persoonlijkheid zich voor een groot deel ontwikkeld in je jeugd.
-Eerstens krijgen we ieder onze portie DNA mee van onze ouders met de nodige vastgelegde eigenschappen. Daarnaast speelt de opvoeding die je krijgt van je ouders voor een groot deel mee in de ontwikkeling van jouw persoonlijkheid. Hun overtuigingen, hun (levens)visies, hun persoonlijkheden en karakters.
Enkele voorbeelden:
-In een omgeving van “niet praters” ontstaan kinderen die niet leren te praten over hun gevoelens en het vaak lastig vinden een duidelijke mening te geven of op tijd grenzen aan te geven. Dus grenzen aangeven voordat je boos wordt en er geen ruimte overblijft voor de ander om te reageren. Bij grenzen aangeven dient een zekere ruimte over te blijven om het oneens met elkaar te kunnen zijn.
-Ouders die niet gewend zijn complimenten te geven (hebben ze zelf ook nooit ontvangen van hun ouders) zullen hun kinderen over het algemeen ook geen complimenten geven. Eerder zijn ze geneigd vooral te benoemen hetgeen de ander NIET goed doet. De “erfenis”: dat je je altijd afvraagt of het wel goed genoeg is wat je doet.
-Ouders waar vroeger thuis een “corrigerende tik” gewoongoed was, zullen sneller een “corrigerende tik” uitdelen aan hun kinderen. Het is zelfs cultuur eigen dat ouders een kind “mogen” slaan. (In Nederland in de vijftiger jaren ook nog redelijk gewoon)
-Daar waar het kind niet gewenst is of het kind de boodschap meekrijgt dat het niet gewenst is zal het kind/ de latere volwassene altijd op zoek blijven naar “erkenning”. Een vorm van de pleaser kan ontstaan, maar ook een narcistische houding om in de schijnwerpers te staan en daar alsnog de “erkenning” te voelen.
-Parentificatie: het gezin is uit balans, er is iets gebeurd in het gezin, overlijden van een ouder, drank/ verslavingsprobleem bij een ouder etc. Het kind neemt de ouderrol op zich en blijf hier in zijn verdere leven in hangen. Het kind heeft niet geleerd kind te mogen zijn.
Etc.
De erfenissen uit onze jeugd nemen we onbewust mee in ons verdere leven en dus ook in ons huwelijk.
-Het is niet ongewoon dat in een APK gesprek naar voren komt dat de “erfenis” van iemand zo aanwezig is (en onhandelbaar is) dat dit de relatie onnodig op spanning zet. De “erfenis” is te groot om er samen uit te komen.
-Er is geen goed of fout, er is gewoon een “probleem” waar iemand hulp bij nodig heeft om hier mee om te kunnen gaan. Hier is ondersteuning nodig van een professionele coach. Erfenissen kunnen behoorlijk halsstarrig zijn zonder de juiste behandeling.
-Groei is mogelijk indien jij erin gelooft. Groei vraagt erkenning voor het feit dat je “erfenis” niet comfortabel (meer) voelt. Kun je hier voor jezelf (of samen met je coach) een hulpvraag uit formuleren? Ben je bereid te investeren, stappen te zetten en onderweg te gaan in je eigen groeiproces.
-Persoonlijke groei kan veel betekenen voor het systeem waarin je je beweegt. (het huwelijk / het gezin/ familie/ werkplek etc.) In familie mediations speelt dit zeker een rol.
Geef een reactie